Die zaterdagochtend dus vroeg opgestaan, en er werd ons door de bergfamilie een ontbijtje aangeboden. "Lomo con arroz???" werd ons gevraagd? Uhhh, vlees met rijst... Nou, nee mevrouw daar passen wij voor, dat eten wij niet 's ochtends in nederland. Liever een broodje! En zo was het gezegd, en zo werd het geregeld. Het compromis werd al gauw duidelijk, een broodje vlees.. met koffie die niet te hachelen was, maar wat een cortesia... Na het ontbijt naar de magische ruïnes gelopen boven aan de berg. Een ford, pre-inca, een soort van Machu Picchu van noord-Peru. Deze ruïnes, een groot mysterie, zijn nog maar heel weinig bestudeerd, wat het destemeer interessant maakt om het te verkennen. De bouw van dit gigantische bouwwerk begon 800 nC bij een Chachapoyas om de Huari invasie te stoppen. Een bouwwerk wat juist af was voordat de Huari's hun inval deden. Een bouwwerk wat bestaat uit gigantische citadellen, wat een groot ford tenzamen vormt. Dit ford moet meer dan 200 jaar gekost hebben om te bouwen, en bestaat ook uit meer dan 400 gebouwen, waar ter plekke ongeveer een idee wordt gegeven hoe dit eruit heeft moeten zien. Alles bij elkaar een heel impressionant bouwwerk, wat zeker de moeite is om terug te keren, omdat de schoonmaakwerkzaamheden nog in volle gang zijn. Na 3 uurtjes in Kuélap te zijn geweest met een uitstekende gids, zijn we om 11 uur maar weer de auto ingestapt om naar Pedro Ruiz toe te gaan. Daar hebben we wederom een bus van Civa gepakt om in Tarapoto, het begin van de jungle, toe te komen. 3 kaartjes gekocht voor 30 sol per stuk, 2 kaartjes werden geschreven, dat betekent dat er 30 sol verdeeld werd onder de chauffeurs. Hopla! Das makkelijk verdiend! In Tarapoto kwamen we weer tot de ontdekking dat we een beetje vertraging op zouden lopen. Onze boot de "Eduardo" die van Yurimaguas naar Iquitos zou varen zou op zondag namelijk niet vertrekken. Dus konden we maar beter in Tarapoto overnachten, om daar nog maar eens iets moois te gaan bekijken. Een hotel opgezocht "San Antonio" om de volgende ochtend naar de cataratas toe te gaan. Deze cataratas (watervallen) waren niet zo groot, maar je kon er wel heerlijk zwemmen en douchen in het naar beneden stortende water! Gert, Kirsten en ik waren daarna weer helemaal fris en fruitig om onze weg naar de jungle voort te zetten.
Thursday, July 13, 2006
Die zaterdagochtend dus vroeg opgestaan, en er werd ons door de bergfamilie een ontbijtje aangeboden. "Lomo con arroz???" werd ons gevraagd? Uhhh, vlees met rijst... Nou, nee mevrouw daar passen wij voor, dat eten wij niet 's ochtends in nederland. Liever een broodje! En zo was het gezegd, en zo werd het geregeld. Het compromis werd al gauw duidelijk, een broodje vlees.. met koffie die niet te hachelen was, maar wat een cortesia... Na het ontbijt naar de magische ruïnes gelopen boven aan de berg. Een ford, pre-inca, een soort van Machu Picchu van noord-Peru. Deze ruïnes, een groot mysterie, zijn nog maar heel weinig bestudeerd, wat het destemeer interessant maakt om het te verkennen. De bouw van dit gigantische bouwwerk begon 800 nC bij een Chachapoyas om de Huari invasie te stoppen. Een bouwwerk wat juist af was voordat de Huari's hun inval deden. Een bouwwerk wat bestaat uit gigantische citadellen, wat een groot ford tenzamen vormt. Dit ford moet meer dan 200 jaar gekost hebben om te bouwen, en bestaat ook uit meer dan 400 gebouwen, waar ter plekke ongeveer een idee wordt gegeven hoe dit eruit heeft moeten zien. Alles bij elkaar een heel impressionant bouwwerk, wat zeker de moeite is om terug te keren, omdat de schoonmaakwerkzaamheden nog in volle gang zijn. Na 3 uurtjes in Kuélap te zijn geweest met een uitstekende gids, zijn we om 11 uur maar weer de auto ingestapt om naar Pedro Ruiz toe te gaan. Daar hebben we wederom een bus van Civa gepakt om in Tarapoto, het begin van de jungle, toe te komen. 3 kaartjes gekocht voor 30 sol per stuk, 2 kaartjes werden geschreven, dat betekent dat er 30 sol verdeeld werd onder de chauffeurs. Hopla! Das makkelijk verdiend! In Tarapoto kwamen we weer tot de ontdekking dat we een beetje vertraging op zouden lopen. Onze boot de "Eduardo" die van Yurimaguas naar Iquitos zou varen zou op zondag namelijk niet vertrekken. Dus konden we maar beter in Tarapoto overnachten, om daar nog maar eens iets moois te gaan bekijken. Een hotel opgezocht "San Antonio" om de volgende ochtend naar de cataratas toe te gaan. Deze cataratas (watervallen) waren niet zo groot, maar je kon er wel heerlijk zwemmen en douchen in het naar beneden stortende water! Gert, Kirsten en ik waren daarna weer helemaal fris en fruitig om onze weg naar de jungle voort te zetten.
Dinsdag 2 mei, de start van mijn off-gringo tour. 's Avonds om half 7 een busje gepakt van Civa om vervolgens helemaal in mijn eentje naar Cajamarca te gaan, om daar dan Kirsten te ontmoeten. 's Ochtends na 15 uurtjes in een heerlijke bus uitgerust met lederen stoeltjes gezeten te hebben in het zonnige Cajamarca aangekomen op een hoogte van 2700 meter. De tweede keer alweer in dit prachtige stadje. Hier lekker een dia de descansa genomen om de volgende ochtend met de oom van Kir (Gert) onze tour door te zetten met als eindbestemming de jungle: Iquitos! Donderdagochtend de bus genomen naar Celendin, een weg die maar weinig door gringos beproefd wordt om bij de ruïnes van Kuélap te komen. Deze liggen bij het gehuchtje Tingo, vlakbij Chachapoyas. In Celendin werd het ons dan wel gelijk duidelijk waarom niemand zich van de reguliere route waagde. We werden al meteen geinformeerd dat er die dag geen bussen meer zouden gaan naar Tingo. Celendin is een heel klein boerendorpje met een hoop onafgemaakte kerkjes, waar nou net toevallig een Nederlandse zich had gevestigd, dit Nederlandse grietje woonde hier met haar vriend die er geboren was. Deze was hier een hostalletje begonnen met de naam "Naranja Mécanica". Een prachtig hostalletje, wat heel leuk ingericht was, maar in Celendin was helemaal niksss. De volgende dag wilden we dus gauw door om onze tour naar Kuélap voort te zetten. Helaas vertrok uiteindelijk de enige bus pas om 12 uur 's middags naar Tingo toe, wat zou betekenen dat we niet op tijd in Tingo zouden zijn om de ruïnes van Kuélap te bezichtigen. In Celendin dus maar een taxi geprobeerd te regelen voor de 250 km die ons nog zou resten. 2 Jongen waren een beetje ondernemend aan het rekenen geslagen en wilden ons er uiteindelijk voor 300 sol naartoe brengen. Dus vertrokken we om 10 voor 10 's ochtends naar Kuélap en kwamen we er uiteindelijk om 10 uur 's avonds pas aan. Nog nooit heb ik zo'n slechte dirtroad gezien, waar we heel het stuk met een personenauto overheen gingen. 12 uur, en maar 250 km verder, dat zegt genoeg over hoe onbegaanbaar die weg was. Door het einde van het regenseizoen zaten er enorm veel kuilen in deze zandweg. 's Avonds dus in Kuélap aangekomen, waar geen Hostal te bekennen was -alleen een bordje wat een hostal aangaf- dus maar bij een huisje op de berg aangeklopt om ernaar te vragen. Daar werd ons toen opengedaan door een jong verwilderd berggeitje (meisje), die vroeg wat we zochten. Na overleg met haar akela -moeder- werd ons toen aangeboden om ons voor de nacht te herbergen. De dekens en matrassen werden boven water gehaald, en er werd dan ook prima voor ons en de chauffeurs (2) gezorgd. Een beetje te goed als je het mij vraagt, toen het verwilderde meisje me vroeg nadat we allemaal lagen of er wel genoeg bedden waren... De chauffeurs zouden ons de volgende ochtend voor een extra 120 soles naar Pedro Ruiz -waar weer snelweg is- brengen, dus die bleven ook in hun auto ter plekke overnachten, de volgende ochtend stonden ons de ruïnes van Kuélap en ons vervolg richting Tarapoto te wachten.
Saturday, May 20, 2006
De laatste stop van ons rondje om de kerk was Trujillo, een miljoenenstad waarvoor we wederom 1 dag hadden uitgetrokken om alles te kunnen zien. We kwamen hier midden in de nacht aan, en dus besloten we maar voor de uurtjes die ons nog restten een hostal te nemen. Natuurlijk had de taxichauffeur wel nog ergens een hostalletje waar hij hoogstwaarschijnlijk een leuk regelingetje mee had, dus daar werden we daar dan maar naartoe gebracht. We kwamen daar aan, in een hostal met een eigenaar met een groot drankprobleem. Straalbezopen heeft deze ons dan hartelijk in zijn hostal verwelkomd en naar onze kamer geleid. Daar nog de nodige uurtjes nachtrust gepakt om een paar uur later wakker te worden en een nog immer straalbezopen eigenaar aan te treffen, die ons op zijn beurt nog een tijdje daar vastgehouden heeft met zijn dronkenmanspraatjes. Gauw dus maar een ontbijtje gescored om verder te gaan naar onze eerste bestemming: Chan Chan. Een archeologische site van maar liefst 26 m2, oorspronkelijk gebouwd in de Chimú cultuur tussen 850 en 1470 n.C. Chan Chan is de hoofdstad van de Chimú-cultuur, waar naar schatting ongeveer 30.000 mensen gewoond. Deze gigantische site bestaat eigenlijk uit niks anders dan muren geteisterd door erosie als gevolg van het natuurverschijnsel El Niño. Als hoogtepunt is hier dan ook het Tschudi-complex te bezichtigen, een citadel of paleis waar nog redelijk wat muurkervingen in goede conditie zijn. We hebben hier een taxi-chauffeur in de hand genomen om ons die dag maar overal naartoe te brengen. Aangezien we maar weinig tijd hadden en alles heel slecht bereikbaar is, leek ons dit de beste oplossing. Deze bracht ons na Chan Chan naar Huaca la Esmeralda, en als hoogtepunt van de dag: de Huacas del Sol y de la Luna. Deze twee tempels liggen bij elkaar, op het moment is het mogelijk om 1 van de twee te bezichtigen: de Huaca de la Luna. Een groot project gesponsored door meneertje Backus waar al het bier hier in Perú vandaan komt en ook vele frisdranken. Meneertje Backus speelt hier heel graag monopoli, en om dan een beetje goodwill te tonen is deze donatie dan ook zeer gewenst. Het schoonmaken van deze tempel kost namelijk redelijk veel tijd en nog veel meer geld. Het schoonmaken van de Huaca del Sol staat in de toekomst gepland. De verwachtingen van wat daar gevonden gaat worden zijn ook wel tamelijk hoog. De Huaca de la Luna is een groot stenen bouwwerk van 21 meter hoog. Deze stamt af van de Moche cultuur in Perú en schijnt, hoewel kleiner van omvang, dan wel de meeste archeologische vondsten van de twee te bevatten. Mede te danken aan onze spaanse vriendelijke vrienden die de Huaca del Sol deels vernietigd hebben. De Huaca de la Luna schijnt voornamelijk een ceremoniele en religieuze functie te hebben gehad. De Huaca de la Luna is erg interessant omdat het een van de weinige archeologische plekken is waar er daadwerkelijk kleuren behouden zijn gebleven. Aangezien deze tempel net is uitgegraven, wordt dat dan ook één van de moeilijkste opdrachten, lijkt mij, om deze te behouden. Al met al een hele interessante tour, met een gids die ook alles heel interessant kon brengen. Daarna maar weer de vaart erin gezet om naar de Plaza de Armas te gaan van Trujillo. Daar waren aardig wat constructie werkzaamheden voor de avond aan de gang. De komst van twee presidentskandidaten stond in de planning: Alan Garcia, en Valentín. Heel het land staat hier op zijn kop voor de presidentsverkiezingen, en Alan heeft dan ook een redelijk grote kans om te winnen. Nek aan nek met Lourdes Flores heeft deze kapitaliste het toch moeten afleggen samen met een twintigtal andere kandidaten, en weten we nu dat Alan inmiddels door is naar de tweede ronde met Ollanta Humala. Perú is de hyperinflatie in de vorige presidentsperiode van Alán al lang en breed vergeten, dus deze heeft ondanks enige misstapjes gewoon heel veel kans om te winnen, ongelooflijk. Wij hebben nog eens gauw de talrijke bezienswaardigheden rond de plaza aangedaan in opwachting van de kandidaten. Het plein van deze grote stad stond 's avonds dan ook helemaal zwart van de mensen, met waarschijnlijk maar 1 nederlander en 1 belgische ertussen. Aangezien ik nog wel van redelijke hoogte ben, was het voor mij dan vrij eenvoudig om alles te overzien. Dat vonden de peruanen ook wel redelijk interessant, aangezien er op een zeker moment bijna meer mensen naar ons keken dan naar de voorbereidingen van het grootse spectakel voor hun. Mijn Peruaanse medemens die wat kleiner is had dan ook het idee om in een boom te klimmen om het wat beter te kunnen zien, maar dat vond die boom toch niet zo een goed idee. Die was namelijk erg moe en ging er dus maar bij liggen, niemand gewond zover ik weet. In iedergeval een heel mooi feestje presidentsverkiezingen in Perú. 's Avonds de terugweg ingezet naar het hostal waarvoor we nog redelijk moesten zoeken om deze te kunnen vinden en ons naar onze bus gehaast. Terug naar Lima, terug naar huis...
Wednesday, April 26, 2006
Na 3 maanden doorgebracht te hebben aan de costa werd het dan eindelijk tijd om de bergen in te gaan, op naar Cajamarca, de eerste stad van de spaanse veroveringen. Deze stad, waarvan de spanjaarden dachten dat het de hoofdstad van Perú was, ligt in de bergen op een hoogte van 2700 meter en is waarschijnlijk een van de mooiste steden van het land. Bij aankomst werden we gelijk verrast door een regenbui die ook de hele avond voortduurde. Aangezien het regenseizoen was in Cajamarca kan je er elke dag van uitgaan dat het na een uurtje of 4 met bakken uit de hemel komt. In deze stad vond op 16 november 1532 de ontmoeting plaats tussen Pizarro (aan de kant van de spaanse veroveraars) en Atahualpa (de Incaleider). Deze laatste werd op zijn beurt gegijzeld en gevangengenomen voor losgeld, de Inca's hebben op hun beurt een Cuarto de Rescate (reddingskamer) 1 keer gevuld met goud en 2 keer met zilver. Lekker naief doen dus, om later je leider opgehangen aan te treffen. Ja, als je niet meedoet met de christenen, en dus het spaanse catholicisme, dan ben je tegen! Hoedanook een prachtige stad, en een geweldige weg naar de stad toe van Chiclayo vandaan, mede ook omdat ik natuurlijk al 3 maanden al heel weinig natuurgroen gezien had. De eerste dag 's avonds maar een vriend van de Semana Internacional (eerste week op de ESAN) gebeld, Ever, die in Cajamarca woont. Deze werkt voor Yanacocho, Latijns-Amerika's grootste goudmijn, bij de stad Cajamarca. De inwoners van Cajamarca zijn vooral bezorgd over mogelijke drinkwaterproblemen en gezondheidsrisico's, de boeren waren ongerust over onteigeningen van hun landbouwgrond als gevolg van het exploiteren van deze gebieden. Samen met zijn vrouw, die overigens zwanger is, gegeten in La Vaca Loca, een spaans tentje met heerlijk eten, en natuurlijk Sangría erbij. De volgende ochtens maar weer vroeg ons bed uit, want ook deze keer hadden we maar 1 dag om alles te kunnen zien. Het was hier in Cajamarca dan ook wel heerlijk wakker worden, wel een beetje ademhalingsproblemen aan het begin, maar door de hoogte hangt er een soort van heerlijke wintersportlucht. Deze ochtend vertrokken we naar Cumbe Mayo, wat in Quechua betekent: een mooi gemaakt waterkanaaltje of een dun riviertje. Het is een aquaduct, van rond 1500 v.C., en zou het oudste door de mens gemaakte bouwwerk van Zuid-Amerika moeten zijn. Verder bestaat de omgeving uit een soort van steenbos van vulcanisch steen gevormd door erosie, al met al een hele bezichtiging en een mooie wandeling van 4 kilometer op 3300 meter. Het was dan ook wel even schrikken onderweg toen we met het busje over een grote steen reden en iedereen met hun hoofden tegen het plafond aankwam, maar gelukkig bleef deze toch wel rijden. Terug in Cajamarca aangekomen gauw doorgegaan om de Ventanillas de Otuzco te gaan bekijken, wachtend op de Combi, die ons daar naartoe zou brengen kwam nog een slimme vrouwe langs die dacht eens lekker haar handen in mijn zakjes te steken. Dit was met een inhoud van een digitale camera, portemonnee, en telefoon natuurlijk helemaal geen gek idee, maar ik kwam hier gelukkig meteen achter. Op vriendelijk wijze dus ook haar handen weer uit mijn broekzakken gehaald. Deze Ventanillas oftewel "kleine raampjes" zijn rechthoekig gevormde, diepgeboorde gaten, die verbonden worden met een gallerij van gaten binnen in de berg. Dit is een pre-inca plek waar de botten van de doden werden neergelegd in deze zogenaamde tombes. Door naar los Baños del Inca, de thermale baden waar de lokale bevolking ook regelmatig een bad neemt. Deze vulkanische hotsprings waren erg leuk om te zien, maar aangezien Vicente geen handdoekje bij zich had, hielden we het daar maar bij. Een prachtige site, maar deze keer niet in de voetsporen treden van Atahualpa die hier dus regelmatig een bad nam. Verder in de middag nog diverse sites in Cajamarca bekeken, zoals de Santa Appollonia, de kerken, musea, de Cuarto del Rescate, en als klap op de vuurpeil een ijsje gegeten in Heladeria Holanda. Een Nederlandse ijsboer die zich hier heeft gevestigd, wat tevens het lekkerste ijs van noord-Peru zou moeten zijn. In Cajamarca staat overigens maar 1 afgemaakte kerk (dat betekent: met klokkentoren), dit is de San Francisco kerk, dit om het betalen van kerkbelasting te vermijden aan de Spaanse overheersing. Deze werd overigens pas veel later afgemaakt, dus belasting is er niet betaald. 's Avonds natuurlijk weer door: op naar Trujillo, de één na grootste stad van Perú.
31 maart gingen Sybille (belgisch meisje) en ik 's avonds naar het oude centrum toe en hebben daar de bus genomen van Chiva voor 55 sol (14 euro) om uiteindelijk 763 km de snelweg Pan-Americana richting het noorden te nemen. Daar zullen wij 3 steden aandoen: Chiclayo, Cajamarca, en Trujillo. De volgende dag vroeg aangekomen in Chiclayo, daar in hotel Paraïso onze spullen gedropt en onze weg vervolgd naar Lambayeque voor het museum Tumbes Reales de Sipán. Dit is een museum met archeologische vondsten van de Moche en Chimu (800 dC - 1400 dC)- culturen, beiden pre-Inca, die zijn gevonden in de graven van la Huaca Rajada bij Sipán. Na doodgegooid te zijn met potjes, pannetjes en kruikjes van beide culturen gauw onze weg voortgezet naar een stukje historie in de openlucht: Túcume. Hier is een enorm tempelcomplex van 26 piramides te bezichtigen waarvandaan de streek werd geregeerd in de Lambayeque-cultuur die opbloeide rond 1100. De overblijfselen van de tempels bestaan uit niets meer dan geruineerde zandbergjes en volgens de informatie die wij krijgen moeten er rond de 26 te zien zijn, wij hebben de klim naar de uitkijktoren op een centrale natuurlijke berg volbracht en inderdaad mas o menos 26 bergjes. Daarna heb ik nog een text aangevonden die "Codigo 2006" zei, helemaal mooi gemaakt van heel veel stenen waar mensen waarschijnlijk geruime tijd over gedaan hebben om bij elkaar te vinden. Tja, daar staat nu: "Vicente 2006", ik kon het niet laten... Terug de combi genomen naar Chiclayo omdat het al laat begon te worden, waar het busje stopte bleek dan wel een beetje te gevaarlijk te zijn voor ons toeristen en dat merkte je ook wel gelijk. Hier in Perú is de politie nog je beste vriend, en gelukkig waren 3 politieagenten zo vriendelijk om ons nog in hun Jeep mee te nemen. Ze moesten het natuurlijk wel onderweg even aan hun collega's laten zien dat ze gringo's bij zich hadden. Terug in het hotel aangekomen ons klaargemaakt om 's avonds nog even weg te gaan en aangezien het nooit echt makkelijk is om zomaar iets te vinden besloten we maar andere mensen achterna te gaan. Uiteindelijk kwamen we op die manier in een karaoke-bar terecht, daarmee wilde ik even onze plannen doornemen voor de volgende dag en vertellen dat wij wel geïnteresseerd waren een liedje te zingen. Deze was erg enthousiast en heeft ons dan ook direct de nodige hoeveelheid Peruaanse Tequila en Bier aangeboden om ons klaar te stomen voor Yesterday van the Beatles! Erg mooi weer, na wat valse e-mailadressen uit te wisselen als blijk van dank uiteindelijk nog het hotel terug kunnen vinden om de volgende dag vroeg naar Zaña in de buurt van Chiclayo te gaan en daarna door te gaan naar Cajamarca. Zaña is een Ghosttown op 50 km van Chiclayo. De stad die gesticht werd in 1563, was rijk aan koloniale architectuur en had veel kerken, deze was zelfs bijna uitgegroeid tot hoofdstad van de republiek. Na volkomen vernietigd te zijn door de grote overstroming van 1720 zijn de enige overblijfselen vandaag de dag nog de muren en bogen van een viertal kerken die uit het woestijnzand rijzen. Aangezien hier ook een tekort is aan financiele middelen voor de nodige renovaties en maar heel weinig toerisme is het juist interessant om hier rond te lopen, juist omdat alles nog zo toegankelijk, zo hebben we zelfs op het dak van een van de overgebleven kerken gestaan. Ook hebben we nog een oversteek gedaan naar een riviertje in de buurt over een brug waar je af en toe bijna van plankje naar plankje moest springen om niet in een gat te komen. Daarna gauw onze weg terug ingezet naar Chiclayo om vandaar uit naar Cajamarca te reizen, wat dan ook de eerste keer zal zijn in de Sierra.
Sunday, April 23, 2006
Het openbaar vervoer hier in Lima domineert heel het stadsbeeld, deze bestaat uit Micros, Combis, Taxis en Motortaxis. Micro's zijn busjes die bepaalde diensten rijden, welke op de zijkant van het busje staan geschreven. Micro is een afkorting voor microbus, maar deze bussen bestaan ook nog een slagje kleiner welke Combi's heten. Dit is in Lima de goedkoopste manier om in de stad te reizen, voor 1 sol (25 eurocent) kom je bijna heel de stad door, en voor kortere stukjes kan je 50 centimos betalen. Wel staan deze killercombi's er om bekend dat het tamelijk riskant is om van deze vervoersmiddelen gebruik te maken, met name vanwege de rijstijl van de chauffeur. De micros racen daadwerkelijk van de ene esquina (hoek) naar de andere esquina, en stoppen dan ook op elk willekeurige punt. Op de zijkant staat bijvoorbeeld geschreven dat zo'n bus op Todo Benavides, Arequipa of Angamos rijdt; wat dus betekent dat ze over de hele lengte van deze mainroads racen. Buiten de bus hangt een zogenaamde cobrador om mensen de bus in te krijgen en het geld van de passagiers te innen (cobrar). Deze busjes rijden dan ook echt verschrikkelijk snel, en vertrekken al vóórdat je met beide benen in het voertuig staat. In Lima heerst er dan ook een daadwerkelijke "Combi cultuur", de bestuurders houden hier geen rekening met verkeersregels (zoals iedereen hier) en ze stoppen dan ook echt overal om passagiers op te pikken en racen daadwerkelijk met andere combi's om eerder bij de passagiers te zijn. Ik heb zelfs bij een puente (brug), waar de busjes langere tijd stoppen omdat er veel passagiers opstappen, cobradors haast met elkaar zien vechten voor een passagier (jaja, dat voor 50 centimos of 1 sol!). Bij deze puentes staan er dan ook nog vaste mensen die helpen passagiers in de bussen te krijgen tegen een kleine vergoeding. Heel Lima maakt gebruik van de combi's en micro's en het wordt dan ook geschat dat er in Lima ongeveer 60.000 van deze busjes rijden! Het racen van de bussen met elkaar om meer passagiers op te halen, gecombineerd met nul onderhoud aan de busjes, de lage prijzen, de salsa muziek die uit de radio schelt en het relaxte gevoel van deze vervoersmethode creëren dan ook de ware "Combi-cultuur". Ik ga dan ook bijna nooit meer met de taxi, als je hier namelijk een tijdje woont en ongeveer weet hoe die combi's rijden dan spaar je daar aardig wat geld mee, en het is nog veel leuker ook. Elke dag heen en terug naar de universiteit, dat is 10 sol per dag dat je uitspaart, stel je gaat vijf keer naar de universiteit in een week, dat betekent dan dat je hier elke week voor dat geld wat je bespaard een diesel spijkerbroek kan kopen!! Eenmaal heb ik een recordaantal passagiers in de combi geteld, toen zat ik eens met 29 personen in zo'n klein busje, tja... gevaarlijk. Zo ook laatst het combi-tje gepakt naar de dierentuin (Zoologico Las Leyendas -zie foto-) hier in Lima, samen met Paola (Peruaans vriendinnetje) die wel wat beter weet dan ik hoe ze overal moet komen... veel lol gehad daar samen, was heel erg gezellig. Zo doen we eigenlijk heel veel leuke dingen samen. Met Kirsten en Paolaatje ook nog een avondje Pisco Sour wezen drinken bij Bart (een vriend van Ada en Gert) die hier al acht jaar woont -zie foto-. En natuurlijk dansen we nog steeds ook altijd samen salsa...
Tuesday, April 11, 2006
25-3-2006 Brahma Summer Sessions, DJ FERRY CORSTEN is in Perú, op playa Asia. En als onze Rotterdamse trots helemaal naar Perú komt, dan ben ik natuurlijk niet te beroerd om even bij hém langs te gaan. Aangezien wij geen idee hadden hoe we op playa asia moesten komen, gingen we toch maar eens informeren. Het werd al gauw weer duidelijk, net als het tripje naar Huacachina zouden we weer een Perú Bus (ook wel Soyuz) moeten nemen om weer in het zuiden op playa Asia aan te komen. Dus deze keer gingen Patrick, Benjamin (weer een deutscher) en Vicente weer op de carretera (snelweg) staan om het busje tegen te houden. De bussen bleven maar voorbij komen op de linkerstrook, en het leek er dan ook niet op dat er ook maar eentje van plan was om te gaan stoppen bij la puente Benavides. Uiteindelijk rondgevraagd en een stukje verderop gegaan met een combi (red. Bus) om daar maar ons geluk te gaan beproeven. Uiteindelijk een bus voor 4 Soles (=1 euro) genomen naar een dorpje vlakbij playa Asia die daar binnen 2 uurtjes direct naartoe ging. Uiteindelijk een combi gepakt om op Playa Asia aan te komen en wat we daar aantroffen was fantastisch. Dit is dé plek waar heel rijk Perú zijn tweede huisje heeft, dit is het strand van de rich and the famous, hier worden de beste en grootste feesten op het gebied van musica electronica gehouden. Aangezien wij niet zo rich zijn, maar gauw een goedkoop tentje buiten de boulevard aangetroffen om daar eens onze eerste biertjes te nemen en even op Kirsten en haar vriend te wachten. Na overwogen te hebben een kaartje te kopen voor 55 soles in de voorverkoop waren we toch maar even eerst gaan kijken waar het feest gehouden werd. Daar werd ons dan ook direct een kaartje aangeboden voor 15 soles, welke wij dan ook met veel genoegen in ontvangst hadden genomen. Het feest was nog niet helemaal op gang gekomen, maar al gauw werd het de aanwezigen duidelijk dat wij waren gekomen met maar 1 doel: om de show te stelen! Aangezien alles weer eens opgedeeld was en de VIP kaartjes dus 70 soles kostten, werd het ons even bemoeilijkt om onze nederlandse vrind gedag te zeggen. Vicente moest dus maar eens met de Securidad gaan praten, en na uitgelegd te hebben dat ik een amigo van Ferry was en ook uit Nederland kwam werd mij dan ook gauw toegang verleend. Feliz dat we waren hebben we daar het feest voortgezet met het idee later Ferry salud toe te roepen, maar helaas, nóg een 2e VIP area waar nog minder mensen in mochten. Uiteindelijk werkte daar hetzelfde verhaal niet en hebben we dus ons feest maar tussen het proletariaat moeten voortzetten. Uiteindelijk in een Ferry Corsten t-shirt en op zijn oer-hollands gefeest tot de zon opging. Toen hebben Patrick en ik (de anderen waren reeds vertrokken) maar eens de terugreis ingezet naar Lima en werden we uiteindelijk de bus uitgeschopt waar we zijn moesten, half 9 thuis -tja- studentenleven, zwaar...
Sunday, April 09, 2006
In Perú gaat alles tranquilo, omdat ik nu al helemaal acustombrado ben aan het rustige leven hier, loop ik dus ook een klein beetje achter nu met de weblog. Over de punctualiteit van de Peruanen kan ik dan ook kort zijn: Heh, wat? Punctualiteit? Was da? Het is hier dan ook normaal om voor een afspraak van half 9 's ochtends om half 12 binnen te komen, de mensen te groeten, en te zeggen: Ik heb een beetje honger, ik ga even lunchen! Voor de gelegenheid even een verhaaltje over 18 maart, mijn eerste reisje buiten Lima in 3 maanden. Bestemming: Huacachina, tijd: Gelijk na mijn college op zaterdag. Na een tijdje geprobeerd te hebben om een bus op de carretera Panamericana (de snelweg) aan te houden, besloten Kirsten en ik toch maar naar de terminal te gaan om daar op de bus te stappen. Na het astronomische geldbedrag van 23 soles betaald te hebben voor de busticket (8 uur reizen, 6 euro) werd het dan eindelijk tijd om naar het zuiden voorbij Ica te komen in Huacachina. Zoals misschien bekend, de costa van Peru bestaat voornamelijk uit woestijn en Huacachina is dan ook een oase in de woestijn omgeven door hoge zandduinen. Veel mensen gaan hier heen om te sandboarden dus laten wij dat dan ook maar gaan doen voor de gein. Ter plaatse waren alle mensen van mijn huis al aanwezig en hadden ook al een buggytour gedaan die dag en gesandboard. Kirsten en Ik waren pas de volgende dag om 4 uur 's middags aan de beurt. Over Huacachina, heel erg mooi om te zien zo'n oase en helemaal raar om je zo van de grote stad opeens midden in een woestijn te begeven. Op zondag dachten Kirsten en ik maar alvast te gaan Sandboarden vóór onze buggytour. Twee boardjes gehuurd om maar te voet de klim naar boven te wagen. Boven op het zandduintje aangekomen waren we helemaal exhausted en begrepen we dan ook dat het een minder goed idee was gezien de hitte in de woestijn om 1 uur 's middags om deze sport op die manier te gaan vervolgen. Dus de rest van de middag bij het zwembad gewacht tot het 4 uur werd, en nog even wezen waterfietsen. Half 5 vertrok de buggy om eens lekker door de zandduintjes te scheuren. Het was dan ook fantastisch, echt een adrenaline rush, niet voor te stellen hoe groot en steil de hellingen waren die we bedwongen. Tussendoor een paar keer het boardje onder de voetjes gebonden om wat kunstjes te vertonen. Aangezien mijn snowboardkwaliteiten van dien aard zijn was dit dan ook een eitje. De snelheid viel een beetje tegen in het zand, dus weinig om over naar huis te schrijven. De buggy nog geparkeerd om in de woestijn naar de zonsondergang te gaan kijken en in het donker teruggegaan naar Huacachina met grote koplampen aan. De buggytour was echt heel stoer, en 's avonds na wat met Peruaanse jongens en de eigenaar van het buggytour bedrijf gegeten te hebben, hebben we weer de terugreis naar Lima ingezet...
Monday, March 27, 2006
Dinsdag 14 maart 2006, het wekkertje gaat al om half 6 af, om half 7 bij Kirsten te kunnen zijn. Daar gauw een ontbijtje naar binnen gewerkt om vervolgens helemaal klaar te zijn voor de lange dag die ons te komen staat. Vandaag dragen Kirsten en Ik ons steentje bij aan de maatschappij, ayudamos la municipalidad! Kirsten haar tante heeft toen ze zich hier een jaartje of 15 geleden ging vestigen een schooltje opgericht in een sloppenwijk genaamd Los Rosales. Nu heeft ze onderhand al een middelbare school, een basisschool en een ziekenhuis opgericht onder de naam ADESA. Vandaag was het plan om te Spaans-Engels te gaan vertalen voor canadese schoolkinderen die hier als project naartoe waren gekomen om voor de gelegenheid bomen (arboles) te gaan planten in een straat naast de school. Na aankomst kregen we gelijk aardig wat indrukken te verwerken, niet voor te stellen wat voor een armoede dat je daar aantreft, niet voor te stellen dat mensen zo kunnen leven. En ja, wat prachtig wat die tante van Kirsten daar allemaal heeft bewerkstelligd. Normaal gesproken kan je als extranjero niet in een sloppenwijk komen, dit is namelijk veel te gevaarlijk. Stel je eens voor, je leeft daarzo in een zelfgeknutseld huisje van niks, en er komt een rijke Nederlander voorbij, je hebt nul te verliezen en de winkaarten liggen open op tafel voor het oprapen. Maar de objectives van deze dag waren dan om 100 bomen te gaan planten en op woensdag nog eens 100 boompjes meer. De canadese jongeren waren allemaal rond de 15/16 jaar en werkten dan ook wel heel hard mee om de boel gauw klaar te hebben. Vicente heeft de boel dus maar een beetje ge-managed en natuurlijk zelf ook aardig wat boompjes geplant om de jongens wat te encouragen. Ook de Peruaanse kinderen van de school hielpen natuurlijk mee, de meisjes liepen met emmertjes water rond voor de bomen en om de gaten te graven (voor zandgrond in de woestijn is water nodig om het zand niet in het gat te laten zakken en uit te kunnen graven red.) en de jongetjes hielpen mee om samen een boompje te dragen of heldhaftig een zak aarde te tillen. Het was dan ook wel heel erg leuk dat de zakken met aarde 50 kilo per stuk wogen, want als grootste (en knapste red.) jongen ter plaatse verwachten ze dan ook wel wat van je. En als er natuurlijk tientallen verliefde meisjesoogjes met sap in hun ogen naar je zitten te kijken, dan wil je best laten zien dat JIJ die 50 kilo wel even op je schouder kan dragen hoor. De peruaanse mensen van het dorp waren wel heel erg dankbaar (gracioso), maar er waren wel heel veel mensen die voor hun eigen boompje voor hun huis kwamen vragen. Aardig wat uit moeten leggen over dat we dat niet konden doen, omdat dan iedereen een eigen boompje voor zijn huis wilt hebben. Ook was er een vrouwtje die de gaten van haar bomen een stukje opgeschoven wilde hebben, toen ik vroeg waarom dat was legde ze mij uit dat ze een garage wilt gaan bouwen voor haar auto en dat met die bomen ervoor de auto er niet langs kan. Zo kan je je misschien voorstellen wat voor beeld mensen over hun toekomst kunnen hebben. Ik heb geen auto in het dorp gezien en realistisch bekeken zal die er ook de eerste tien jaar zeker niet komen. Tevens kwam er een jongetje van een jaartje of 10 vragen voor een boompje voor zijn abuelita (omaatje), het jongetje liep op schoentjes die helemaal kapot waren, dus werd er in plaats van een boompje gelijk een paar nieuwe schoenen voor het manneke geregeld. Dat was ook wel heel erg mooi om mee te maken. Woensdagochtend weer hetzelfde gedaan, woensdagmiddag nog gevoetbald met de jongens van de school (en gescored!)en gevolleybald tegen wat dames, later nog een tijdje gesproken met wat meisjes van het schooltje die het zelf natuurlijk ook wel erg interessant vonden. Teruggekeken op deze twee dagen was het echt een fantastische ervaring om aan dit project mee te werken, het was erg leuk om die mensen zo te kunnen helpen, met die mensen in contact te kunnen komen en met ze te praten. Een nieuwe en eindelijk wat meer realistischere kijk op Perú. Ik zou dan ook graag willen kijken of ik in de toekomst meer voor deze mensen kan gaan doen...
Tuesday, March 21, 2006
Vorige week zondag, zoals heel vaak weer eens naar het strand geweest. Maar deze keer was het anders, een jongen van de universiteit had ons gevraagd om met hem mee te gaan. Ik wilde eigenlijk naar Punta Hermosa gaan -zoals altijd- om te surfen, maar hij bracht ons (Paola, Kirsten en Ik) naar Santa Maria een stukje meer in het zuiden. Niet wetend wat ons te wachten stond, vervolgden wij onze weg naar het zuiden voorbij Punta Hermosa, door naar la Playa Santa Maria en kwamen we bij Joachim's appartementje aan het strand uit. Een niet-zo'n-lullig appartementje met twee verdiepingen en een heel lekker terras met natuurlijk ruim uitzicht over zee. De familie had op deze bewuste zondag dan wel maar 2 bedienden rondlopen in het huisje, maar wij overleefden ons wel. Het strand was vrij bewolkt, en het was dan ook wel een stukje kouder dan normaal, niet echt om te zeggen een goede dag om onder de party-tent van de familie Joachim op het strand te liggen. Maar daar werd dan gauw een oplossing voor gevonden, na de juiste hoeveelheid chelitas (biertjes) meegekregen te hebben van moeders, werd het dan maar eens tijd om de Jeep te nemen om de boot te laten zakken. In het haventje aangekomen werd er dus gevraagd aan de havenmannetjes om de boot in het water te laden, en zo nieuwsgierig als ik ben - ik zag dan ook geen roeibootjes staan - was ik wel heel erg beniewd wat voor bootje dat zou worden. Daar kwam die dan, een lekkere speedboat om eens flik mee over het water te scheuren. Nadat de boot gezakt was, eerst natuurlijk even langs het strand om even naar de familie van Joachim te zwaaien en daarna maar flink aan het gashendeltje trekken. Na de boot even stilgelegd te hebben om wat te zwemmen, de terugkeer ingezet naar de haven om weer op tijd te komen voor het almuerzo (lunch). Tijdens de lunch wilden de strandwerkers al bijna de party-tent afbreken, en na tevergeefs roepen vanuit het appartement, waren we dan nog net op tijd klaar met eten dat de tent er nog stond. Wat een dag weer, Joachim die moest nog naar de universiteit (hier is dat normaal op zondag, ik heb het ook gedaan!), dus 8 uur 's avonds weer terug in Lima om maar even bij te komen van deze zware -doch erg vermakelijke- dag. Dinsdag en woensdag staan Kirsten en Ik dan ook iets heel anders te verwachten, maar daarover meer...